Naast mijn passie voor het maken van portretten fotografeer ik graag in de natuur. Ik heb samen met mijn echtgenoot vele reizen gemaakt, o.a. naar Costa Rica, Canada, Chili, Australië, Namibië, Thailand en Nieuw-Zeeland. Het fotograferen in de natuur in die landen is voor mij van belang.











”In hun natuur zijn alle mensen gelijk; het zijn hun gewoonten die de verschillen maken” – Confucius



Ik leg Jan van Genten vast in Nieuw-Zeeland, een waterval in Australië, een ontluikende bloem in Chili, of een magische zonsondergang in Petten. Als ik de natuur inga neem ik altijd mijn camera mee. En kom ik op de mooiste plekjes om plaatjes te schieten. Eenmaal per jaar zoek ik mijn mooiste foto’s bij elkaar en maak er een fotoboek van. Inmiddels liggen er al een twintigtal fotoboeken in de kast en slaan we er regelmatig één open. Even een herinnering ophalen aan één van onze prachtige reizen. Foto’s als herinnering, om een moment vast te leggen dat niet meer terugkomt. Met mijn camera in de hand kijk en loop ik anders in de natuur dan zonder. Ik zie meer en andere elementen die ik zonder camera niet waarneem. Dat voelt rijk en maakt me blij.
Fotograferen in de natuur is voor mij een manier om tot rust te komen. In mijn volle en drukke bestaan kan ik mijn hoofd er leeg maken. Schakelen naar een meer ontspannen zijn. Zodra ik er ben voel ik een zeker gemak en kunnen dagelijkse zorgen van me af vallen; dat geeft ontspanning. Even ergens gaan zitten, rondkijken en landen. Dan sta ik open voor wat ik zie, hoor, ruik en voel.









